This image has an empty alt attribute; its file name is RR3-1024x684.jpg

Roelof and Remke van Til

Wij zijn christelijke ontwikkelingswerkers. Sinds de afronding van onze studies landbouw (Roelof) en tropische gezondheidskunde (Remke) werken we in ontwikkelingslanden. Wij en onze kinderen Jelte, Minke en Margreet, hebben negen jaar geleefd op het platteland in de Democratische Republiek Congo (kortweg Congo). We woonden onder de allerarmsten.

Later hebben we als gezin geleefd en gewerkt in Mozambique (vijf jaar) en in Cambodja (drie jaar). Toen we vanwege de studies van de kinderen naar Nederland terugkeerden, bleef Roelof betrokken bij het ontwikkelingswerk in Afrika.

We hebben een passie voor de allerarmste gezinnen op het platteland. De kinderen zijn nu volwassen en zelfstandig. Wij zijn als ouders daarom teruggekeerd naar Congo. Het is onze wens om, net als vroeger, onder de allerarmsten te leven en werken.

Er zijn nieuwe mogelijkheden en methoden gekomen voor landbouwontwikkeling. Maar deze moeten worden aangepast aan de allerarmste gezinnen. Daarom hebben wij de methode van de 4 pijlers ontworpen. We zijn voortdurend bezig deze methode te verfijnen, nauwkeurig te beschrijven en in te beeld brengen. Samen met de mensen om wie het gaat: de allerarmste gezinnen. 

Waar we wonen en werken

In februari 2019 zijn we verhuisd naar het noordoosten van Congo. Samen met vertegenwoordigers van het evangelische kerkgenootschap, de CECA-20, hebben we een keus gemaakt voor de plaats Lanza. Dit dorp ligt aan de rivier de Kibali, ongeveer 14 km rijden van een grote verbindingsweg. We hebben ons voorgesteld aan de hoogste baas van het district Faradje en aan de hoogste chef van de streek van de Dhongo in  Lanza. De Dhongo is een etnische groep met een populatie van ruim 10.000 inwoners. 

We hebben een eigen huis gebouwd van zelfgemaakte bakstenen. Voor licht en het opladen van onze apparaten hebben we zonnepanelen met een accu geïnstalleerd. We hebben een waterbron gegraven, waaruit we drinken. Het toilet bevindt zich buitenshuis en is  een composttoilet. De compost wordt gebruikt om de bananenbomen te bemesten.

Het was een hele uitdaging om aan verantwoord hout te komen voor het dak en de deuren. Er is hier op zich hout genoeg, maar dat komt van boomsoorten die steeds schaarser worden. Dit willen wij beslist niet gebruiken. De mensen hier snappen er helemaal niks van: dat is toch het beste hout? Ja, maar we willen graag het bos en de oorspronkelijke bomen daarin sparen. We gebruiken dus hout van geplante bomen zoals Eucalyptus en Cipres en een lokale boomsoort die we zelf ook aanplanten.

We werken samen met de leiders van de kerk en van de overheid. Met hen hebben we duidelijke afspraken gemaakt over onze aanpak, de verwachte resultaten en over de verslaglegging. De chef van de gemeeschap in Lanza heeft ons een stuk grond toegewezen waarop we mensen kunnen trainen en de 4Pijler methode kunnen verfijnen.